06-21607563 info@puurwijs.com

Hoogbegaafdheid

Hoogbegaafdheid gaat vaak hand in hand met hoogsensitiviteit of hooggevoeligheid. Kinderen die hoogbegaafd zijn, zijn bijna altijd hoogsensitief. Andersom is dat niet altijd zo. Hoogbegaafde en/of hoogsensitieve kinderen kunnen worstelen met zichzelf, vriendschappen en sociale contacten met leeftijdsgenoten. Thuis ‘barsten’ ze regelmatig uit om te ontprikkelen. Als ze langere tijd onder druk staan, ze zich te veel aan moeten passen en onvoldoende tot ontspanning komen, kunnen ze allerlei klachten ontwikkelen.  

Wat is hoogbegaafdheid?

Het is meer dan een IQ van > 130. Behalve intelligentie spelen doorzettingsvermogen, zelfreflectie en creativiteit een rol. Je wordt geboren met een hoge intelligentie. Je omgeving is belangrijk voor de verdere ontwikkeling ervan. Wat je vaak bij hoogbegaafde kinderen ziet is dat ze niet helemaal uit de verf komen of zelfs onderpresteren als ze zich niet veilig voelen. Of onvoldoende gezien worden thuis of in de klas.

Kenmerken hoogbegaafdheid

 

Een hoogbegaafd kind is niet altijd de slimste van de klas kijkend naar zijn of haar prestaties. (Hoog)begaafde kinderen laten zich niet altijd zien als zeer intelligent, ze vallen eerder op door ‘afwijkend’ gedrag. Er zijn nog meer kenmerken van hoogbegaafdheid, die een overlap hebben met die van hoogsensitiviteit:

  • scherp waarnemingsvermogen (zien, horen en voelen alles);

alertheid (al van baby af aan);

  • spreken van volzinnen op jonge leeftijd;
  • overslaan van ontwikkelingsstappen zoals kruipen;
  • sensitief en snel overprikkeld;
  • drift- en huilbuien om te ontladen na een schooldag of feestje;
  • vol hoofd en overmatig piekeren;
  • vaker hoofdpijn en buikpijn;
  • geheugen van olifant;
  • snel van begrip;
  • hoog leertempo;
  • grote ongebruikelijke woordenschat;
  • honger naar kennis;
  • stelt veel vragen en wil alles weten;
  • grote algemene interesse en afwijkende hobby’s;
  • probleemoplossend en out of the box;
  • sterk ontwikkeld rechtvaardigheidsgevoel;
  • klikken vaker beter met oudere kinderen of volwassenen;
  • nemen niet zomaar alles aan;
  • zelfstandigheid en grote behoefte aan autonomie;
  • (eigen)wijs, rebels en sterke eigen wil;
  • veel zelfkennis (zelfreflectie);
  • perfectionistisch en kritisch naar zichzelf;
  • sociale druk (die ze vooral zichzelf opleggen), faalangst en andere angsten.